De dans tussen bewondering en verzet
- Cornelis Nielson
- 11 minuten geleden
- 2 minuten om te lezen
Soms vraagt begeleiding om een stap terug. Niet omdat je de ander opgeeft, maar omdat je het proces wilt eren. Juist in die afwezigheid kan iets zichtbaar worden dat eerder niet werd gezien. Wat is aangeraakt, kan pas later betekenis krijgen en in stilte beginnen te rijpen.
En juist daar, in die beweging van nabijheid en afstand, ontvouwt zich een subtiel spel dat iedere begeleider zal herkennen.Soms ontmoet je mensen die je tegelijk dichterbij laten komen én op afstand houden. Ze vertellen dat je woorden hen raken, dat je misschien de enige bent die echt ziet waar het om gaat. Er is bewondering voor je pad, je moed, misschien ook voor de rust die je uitstraalt. Maar tussen de momenten van erkenning door steekt iets anders de kop op: een scherpte in hun blik, een vraag die niet zozeer oprechte nieuwsgierigheid uitdrukt, maar bedoeld lijkt om te testen. Het is een subtiele ondermijning, verpakt in rationele twijfel of ‘gezonde scepsis’. Alsof ze je in dezelfde adem waarin ze je binnenlaten, ook weer de deur op een kier zetten om hem dicht te trekken.
Achter dat patroon schuilt zelden pure onwil. Vaker is het de echo van vroegere teleurstelling, of het stille geloof dat verandering voor anderen is, maar niet voor henzelf. Want wie diep vanbinnen denkt dat herstel onmogelijk is, ervaart iedere stap vooruit als een risico: wat als ik faal, en mijn gelijk verlies? Dan voelt het veiliger om het proces op afstand te houden, zelfs als dat proces in de ander juist datgene weerspiegelt waar men heimelijk naar verlangt. Onder het verzet ligt vaak een hunkering: een verlangen dat er iemand blijft, ook als je aarzelt; dat zelfs de twijfel mag worden opgevat als een roep om werkelijk gezien te worden.
Voor de begeleider betekent dit een subtiele dans. Het vraagt de gevoeligheid om te zien waar de deur openstaat en waar de angst hem weer dichtdrukt. Het vraagt de moed om aanwezig te blijven in het open stuk, om patronen te benoemen zonder te veroordelen, en tegelijk helder te zijn over je eigen grenzen. Begeleiding is immers geen podium voor machtsspel of sabotage, maar een ruimte waarin je elkaar recht aankijkt en de ander herinnert aan zijn diepste verlangen.
Soms betekent dat ook dat je afscheid neemt. Niet omdat je de ander opgeeft, maar omdat je het proces wilt eren en daarin ook jezelf. En juist dat moment kan een krachtige indruk achterlaten. Want vaak rijpt wat er gedeeld is pas later verder door. In de afwezigheid kan de ander ineens de waarde voelen van wat werd aangeraakt. En zo kan een zaadje dat stil werd geplant, op een onverwacht moment ontkiemen en uitgroeien tot iets duurzaams en inspirerends.

Comments